Johannes Jacobus (Joop) Souer
Johannes Jacobus (Joop) Souer werd geboren op 25 november 1927 in de 2e Weteringsdwarsstraat 50hs te Amsterdam, als zoon van Theodorus Gerardus Cornelis Souer en Hendrika Berdina Borra.
Op 13 juni 1928 verhuist de familie naar Uitgeest, Middelweg 118. Volgens het kadaster is het huidige pand aldaar gebouwd in 1890, dus dit huis staat er nog. Ze verblijven bijna 10 jaar in Uitgeest en Joop heeft dus zijn jonge jeugdjaren in Uitgeest doorgebracht.
Op 19 april 1938 verhuizen ze terug naar Amsterdam, Domselaerstraat 11 hs. Op 1 oktober 1938 slaat het noodlot toe en overlijdt zijn moeder Hendrika Borra, volgens de overlevering ten gevolge van een tuberculose infectie te Amsterdam. Joop is dan dus 10 jaar oud. In de jaren 30 was tuberculose nog steeds een ernstig gezondheidsprobleem in Amsterdam, zoals ook in veel andere delen van de wereld. Tuberculose was destijds een van de belangrijkste infectieziekten en veroorzaakte veel ziekte en sterfte, vooral in stedelijke gebieden waar mensen dicht op elkaar leefden en de hygiënische omstandigheden soms slecht waren.
Op 7 december 1938 huwt zijn vader Theodorus Gerardus Cornelis Souer te Amsterdam Sophia Maria Halling, vanaf dan dus de stiefmoeder van Joop. Hij krijgt er dan twee stiefzussen bij Marie (Maria Sophia Veldhuis, geboren 12 mei 1918) en Corrie (Cornelia Veldhuis, geboren 13 juni 1920). Vlak na het huwelijk met Sophia Halling verhuizen ze op 15 december 1938 naar de Ringdijk 82 boven
Joop woont vanaf 3 juli 1939 Commelinstraat 45 III. Hij is in dienst als rangeerder bij de NS, vanaf 23 november 1942 te Amsterdam, op het Rietlanden Goederen Station. Het Rietlanden Goederen Station was een goederenstation in Amsterdam gelegen in het oostelijke deel van de stad, in de buurt van het Rietlandpark. Het werd gebouwd om goederenvervoer per trein af te handelen en diende als belangrijk knooppunt voor het transport van goederen naar en van Amsterdam.
Joop Souer verhuist op 20 december 1945 naar de Schagerlaan 4 hs. Stiefzus Corrie verhuist op dat moment vanaf het zelfde adres naar de Insulindenweg 179 II en zijn vader verhuist dan naar Zevenhuizerlaan 56 E te Heiloo. Op 17 juli 1947 verhuist ook Joop naar Heiloo.
Op 4 december 1947 vertrekt Joop naar Nederlands-Indie. In 1947 was er veel politieke en militaire onrust in Nederlands-Indië, dat destijds een kolonie van Nederland was. Dit was een cruciaal jaar in het proces van dekolonisatie en de strijd voor onafhankelijkheid van Indonesië. Uiteindelijk zou dit leiden tot de onafhankelijkheid van Indonesië in 1949. Joop is daar vrachtwagenchauffeur tot 8 april 1950. Op 8 april start de terugreis met het troepentransportschip Generaal C.C. Ballou vanaf Tanjung Priok in het noorden van Jakarta, Indonesië.
Na terugkomst uit Nederlands Indië is hij 22 jaar en woont hij kort bij zijn vader en stiefmoeder aan de Oenenburgerweg 9 te Nunspeet (Ermelo). Op 16 juni 1950 verhuist Joop naar de Commelinstraat 43 III te Amsterdam. Daarna verhuist hij op 15 november 1951 naar de Schagerlaan 4 hs Amsterdam en bijna 3 jaar later op 22 oktober 1954 naar de Zeeburgerdijk 41 hs.
Joop trouwt met Matje van Beekhuizen op 9 februari 1955 te Nunspeet. Ze betrekken een klein appartement aan de Wagenaarstraat 140 III achter te Amsterdam. Op 29 november 1958 verhuizen ze met zoon Theo naar de Wijttenbachstraat 102 hs.
Vanaf 1950 is Joop tot aan zijn pensioen in dienst bij de Nederlandse Spoorwegen. Eerst als rangeerder, later als seinhuiswachter en uiteindelijk als opzichter. Hij werkt eerst langdurig op het rangeerterrein Rietlanden in het toenmalige Oostelijke havengebied van Amsterdam. Dit rangeerterrein sloot eind jaren tachtig, waarna Joop werkzaam was op het rangeerterrein Watergraafsmeer Post T. Het rangeerterrein Watergraafsmeer werd in 1882 geopend en was een van de grootste rangeerterreinen van Nederland. De laatste jaren voor zijn pensioen werkt hij nog in de Westhavens.
Vanaf 8 augustus 1968 verhuist de hele familie naar de Sam van Houtenstraat 61 in Geuzenveld, Amsterdam-West. Geuzenveld was toen onderdeel van een grootschalig stadsuitbreidingsproject, waarbij in de jaren 60 nieuwe woningen werden gebouwd om de groeiende bevolking van Amsterdam te huisvesten. Een strak vormgegeven wijk met veel groen.
Op 9 juli 1993 verhuizen Joop en Matje naar de Botterweg 58 te Diemen.
Joop overlijdt op 10 mei 2014 in het verzorgingstehuis Berkenstede te Diemen.